De Labradoodle is erg slim en leergierig. Nieuwe kennis nemen ze snel op en iets nieuws hoeft ze vaak maar één keer verteld te worden. Het nadeel is dat je net zo snel ongewenst gedrag aanleert en dat eigen maakt. Daarom is training erg belangrijk.
Bij je arm pakken
Ze hebben een “Retrieverinstinct” en zijn daarom zacht van aard. Een andere karaktereigenschap van een Labrador is dat ze spullen heel zachtjes uit je hand pakken. Dat doen Labradoodles ook.
Omdat ze graag met hun mond werken, pakken ze ook vaak je arm. Ze willen je dan ergens mee naartoe nemen. Vat dit niet op als bijten, het is hun manier om je mee te nemen.
Geen waakhonden!
Labradoodles zijn dus niet geschikt als waakhond. Daarvoor moet je echt een ander ras kiezen. Als er vreemden in je huis rondlopen willen ze wel blaffen, maar op het moment dat iemand echt je huis of tuin betreedt zal de hond hen vrolijk begroeten.
Wat belangrijk is bij de opvoeding en het hebben van een Labradoodle is het menselijk contact. Je moet de hond echt onderdeel uit laten maken van je leven en overal bij betrekken. Iedereen, jong en oud, kan in dit ras de perfecte hond vinden.
Ben je veel van huis? Dan is dit niet de juiste hond.
Maar als je jouw Labradoodle alle tijd, aandacht en liefde geeft dan krijg je er een geweldige lieve en trouwe hond voor terug.