Per mail krijg ik veel vragen over wat je een Labradoodle volwassen hond of pup het beste kan geven qua eten. Welk hondenvoer is goed? En welk hondenvoer voor je pup is goed? Alhoewel dat per hond verschillend is, heb ik wel een aantal tips en richtlijnen. Ik heb een selectie gemaakt en geef je in dit artikel mijn 11 tips.
Een hond is eigenlijk meer een alleseter in plaats van alleen een vleeseter. Dit heeft te maken met zijn voorvader, de wolf. Die eet een beest in zijn geheel op en krijgt naast het vlees ook de nodige vitaminen en mineralen binnen via halfverteerd plantaardig materiaal. Deze mix heeft jouw hond ook nodig.
Voeding is en blijft een lastig onderwerp omdat je als hondeneigenaar niet altijd weet waar je nou goed aan doet. Neem een gemiddelde fokker, dierenarts of hondeneigenaar en ze vertellen je allemaal iets anders. Dus lees hieronder mijn tips voor goed hondenvoer voor je volwassen hond of pup en haal eruit wat voor jou van toepassing is.
Ook mijn tips zullen verschillen van bijvoorbeeld fokkers of artsen. Het gaat erom dat jij eruit haalt wat voor jou van toepassing is!
1. Kies voor kwalitatief en goed voedsel
Ik adviseer om een goed getest, liefst A-merk, te geven. Het is over het algemeen duurder dan goedkopere huismerken, maar het is beter voor je hond. Hier zitten vaak meer afgewogen voedingsstoffen in. Daarbij eten ze minder van het dure voer dan het goedkope voer omdat er meer voedingsstoffen in een kleiner portie zit.
Uiteindelijk het verschil wat je kwijt bent wel mee vallen. De voedingsbehoefte is verschillend per hond en je zal per hond moeten kijken wat hij nodig heeft. Het is belangrijk dat de hond een juiste hoeveelheid vlees, vitaminen en mineralen binnenkrijgt. Een gebrek aan calcium in het voedsel leidt tot botontkalking en zo zijn er nog veel meer bijwerkingen. Zelf je voeding samenstellen en de juiste verhoudingen aanhouden is erg lastig en kunnen niet veel mensen.
2. Kant-en-klare voeding
Daarom adviseer ik om hem kant-en-klare voeding te geven. Dit soort voeding van goede merken zorgt voor een juiste balans aan voedingsstoffen die de hond, en zeker je pup, nodig heeft. De hoeveelheid hangt af van de hond, zijn gewicht en hoeveel hij beweegt. Richtlijnen vind je op elke verpakking.
Omdat de hoeveelheid voeding per hond verschillend is, zijn er veel verschillende soorten, per merk, verkrijgbaar. Dit is onder andere afhankelijk van zijn leeftijd en leefwijze. Zo heb je light voedsel voor de minder actieve hond en senioren voeding voor de oudere hond. Ook is er bij het voedsel rekening gehouden met de grootte van de hond en de grootte van de bek. Voor de kleinere honden zijn de brokjes kleiner en het voer een stuk geconcentreerder. Door de kleinere verpakkingen wordt het voer niet snel oud.
3. Overleg met de fokker van je pup
Een fokker weet vaak wat het beste is voor je pup. En een goede fokker kun je altijd om raad vragen. Daarom adviseer ik je om goed te overleggen met je fokker welke voeding hij de pups geeft. Dat heeft je pup al gehad en hij reageert daar meestal goed op. Wanneer je pup goed groeit, gezond is en goede ontlasting heeft kun je dit advies gerust opvolgen.
4. Zorg voor voeding met de belangrijke voedingsstoffen
Op het gebied van hondenvoeding is een hoop veranderd de laatste tijd. De voeding is voller en rijker van voedingsstoffen geworden. Om je beter te laten begrijpen wat de hond nodig heeft en wat er vaak in de voeding zit, behandel ik hieronder een paar belangrijke voedingsstoffen.
Als eerste zijn Omega-3 vetzuren zijn net zo belangrijk voor de hond als dat ze voor jou zijn. Ze verminderen ontstekingen en beïnvloeden het leervermogen. Voor de mens zitten ze bijvoorbeeld in vis. Voor de hond worden deze vetzuren gebruikt in de vorm van EPA en DHA, vooral afkomstig van visolie. Ze worden vooral toegevoegd vanwege de ontstekingsremmende werking en het verbetert de huid en vacht. Bij jonge dieren verbetert het ook het leervermogen en stimuleert het de ontwikkeling van de hersenen.
Prebiotica zijn een speciaal soort voedingsvezels die de gezondheid en werking van de darmen bij de hond bevorderen. De vezels worden in de dikke darm omgezet en zijn de voedingsstof voor goede bacteriën in de dikke darm. De goede bacteriën groeien hierdoor, de slechtere krijgen minder kans.
5. Begin met een kleine hoeveelheid
Wanneer je niet precies weet of je pup of hond goed op de voeding reageert, is mijn advies een kleine hoeveelheid (klein zakje) aan te schaffen. Zo kun je testen en ontdekken of je hond goed op de voeding reageert. Als het goed gaat kun je altijd een grote zak aanschaffen. Dit is veel voordeliger. Kijk hiervoor ook online bij Bol.com of Zoo Plus (als je op de link klikt krijg ik een vergoeding als je iets koopt).
Credits foto: Jessica D. Vega op Unsplash
6. Geef je hond af en toe kauwproducten (bijv. kluifjes en oren)
Kauwproducten worden vaak als snoepje gezien en dat is de reden dat sommige mensen het niet aan de hond geven. Toch is het belangrijk dat je dit wel doet. De hond kan hiermee een stuk van zijn natuurlijke gedrag uiten en het is goed voor zijn gebit.
Er zijn veel verschillende soorten kauwproducten te koop (zie Bol.com). Speciale kauwkluiven, buffelhuid, bullenpezen, pemmikan, runder- en varkensoren, gedroogde vis en nog veel meer.
Door de ruime keuze vind ik het lastig om precies aan te geven wat je wel en niet moet kopen. Ik wil je wel het volgende adviseren bij de aanschaf van kauwproducten. Zo kun je zelf een verstandige keuze maken. Zorg er altijd voor dat je kauwproducten koopt die zijn afgestemd op de grootte van de hond. Geef je hond nooit een bot van gevogelte, want deze kunnen splinteren en een maagperforatie (ook een darmperforatie) veroorzaken .
Naast het tonen van zijn natuurlijke gedrag heeft de hond met een kauwproduct altijd iets te doen. Dit voorkomt ook dat de hond op andere dingen, zoals tafelpoten, gaat bijten. Het kauwproduct geef je de hond altijd in zijn bench. Dit is voor hem een prettige en veilige plek. Wil je de hond met iets verwennen? Vraag dan in de dierenwinkel of online naar speciale hondensnoepjes. Geef de hond geen kaas of worst, dit is te zout en te vet.
7. Maak een goed voedingsschema voor je pup
Voeding is erg belangrijk tijdens de groeiperiode van je pup. Niet alleen de kwaliteit van het voer, maar ook het op tijd krijgen van de voeding. Het voer moet verteerd worden en hier is tijd voor nodig. Probeer daarom rust en regelmaat aan te brengen in de voertijden. Een voerschema helpt je om op de goede tijden voer te geven. En het is handig voor het gezin. Zo weet iedereen waar ze aan toe zijn en wat de pup nodig heeft. Vraag ook je fokker advies voor een voedingsschema.
8. Laat je hond rustig eten
De manier van eten geven en de hond de rust geven om lekker te eten is heel belangrijk. Als de hond aan het eten is, moeten kinderen bij hem uit de buurt blijven. De hond kan namelijk zijn eten verdedigen en uithalen. Ook is de kans groter dat de hond snel gaat eten en daarna last van zijn buik krijgt.
Geef de hond bij voorkeur 2 keer per dag eten. Zorg altijd voor vers drinkwater bij het eten. Wacht even met uitlaten totdat de hond zijn voeding heeft verteerd. Spelen na het eten raad ik sterk af. Wanneer hij een volle maag heeft kan hij namelijk een maagtorsie (kanteling van de maag) krijgen. Daar kan de hond aan dood gaan.
Na het eten moet je hond echt minstens een half uur tot een uur rust hebben.
9. Koop een voer- en drinkbak op maat voor je hond
Ik vind niks zieliger dan dat een hond een te kleine of grote voerbak heeft. Soms zie ik grote honden met een klein en laag voerbakje. Hierdoor kunnen de honden het eten niet goed te pakken krijgen en waarschijnlijk krijgen ze te weinig eten, omdat de inhoud niet klopt. Ook is het erg slecht voor hun gewrichten als ze te laag moeten met hun kop.
Laat je dus goed adviseren in de winkel of koop naar eigen inzicht een goede bak op de groei. Sommige voedingsbakken kunnen namelijk versteld worden.
10. Stop met Ad Lib voeren
Eet je hond zijn bak niet leeg? Laat het dan niet staan en haal het na 15 minuten weg. Ga zeker geen andere, vette, dingen toevoegen om ervoor te zorgen dat de hond gaat eten.
Het laten staan van een bak wordt ook wel ‘Ad Lib voeren’ genoemd. En daar heb ik geen voorstander van. De reden waarom ik dat vind is:
- De hond bepaalt zelf wanneer hij gaat eten.
- Er is geen ‘ritueel’, want ze kunnen er elk moment bij. En rituelen zijn honden gek op.
- De spijsversteringssappen komen niet goed op gang.
- De hond is lastiger te prikkelen, trainen, met iets lekkers.
11. Voorkom voernijd door te oefenen
Voernijd is echt niet leuk en moet je als baas zien te voorkomen. Honden met voernijd laten niets of niemand toe in de omgeving wanneer ze aan het eten zijn en kunnen hierdoor agressief uitvallen of het eten heel snel naar binnen schrokken. Om dit te voorkomen is het belangrijk dat je met je pup al veel oefent.
Oefenen doe je door je met je handen in z’n voerbak te zitten of het eten weg te halen, als je pup aan het eten is. Doe dit op een positieve en vertrouwelijke manier.
Hopelijk helpen deze tips je bij de juiste keuze!